Marijke, zus van Dirk en lid van de gebruikersraad stuurde ons volgende mooie mail. Het gedicht, onze realiteit, willen we jullie niet onthouden.
Lieve mensen van Mozaïek,
Ons gedachten zijn heel vaak bij jullie, bewoners en personeel.
Ons applaus kunnen we niet tot bij jullie brengen jammer genoeg.
Maar ik vond onderstaand gedicht wel mooi verwoord wat jullie waarschijnlijk nu doormaken.
Ik heb het niet zelf geschreven maar de naam van de dichter is mij niet bekend.
Lieve mensen uit de zorg
er is hard voor jullie geklapt.
Maar bij jullie op het werk
is haast niemand die het snapt.
Want geen familie en geen vrienden zijn te zien.
En bewoners vragen constant:
‘Weet jij waar ze zijn misschien?’
Dan vertel je van het virus,
in één uur wel twintig keer.
Maar na enkele minuten
weten mensen het niet meer.
Mensen worden heel onrustig,
raken soms totaal van slag.
Ze begrijpen er geen snars van,
dat bezoek niet komen mag.
En jij zelf moet afstand houden,
maar hoe moet dat aan het bed?
Bij het wassen, bij het eten,
bij het brengen naar ‘t toilet?
Je mag ook geen knuffel geven,
hoewel jij dat soms vergeet.
Of misschien dat jij uit liefde
bewust die regel overtreedt.
Je mist hulp van mantelzorgers,
die altijd aanwezig zijn
en geliefden bezig houden
en die afleiding is fijn.
Want dat geeft jou even ruimte
en heb jij je handen vrij
om te doen wat maar blijft liggen,
want dat hoort er ook nog bij.
De familie is verdrietig,
de begeleiding horendol,
de bewoners zijn onrustig,
niets loopt volgens protocol.
Het zijn hele rare tijden
en het lijkt nog lang niet klaar.
Maar we gaan het zeker redden
en dat doen we met elkaar